snuffelhoek
Van alles om te gebruiken in je behandelingen of om je te inspireren en je eigen versie te maken.
Deze maand veel aandacht voor behandelingen met oudere kinderen.
Morfosyntaxis
Het thema vervoer leent zich bij uitstek voor het werken aan bepaalde morfosyntactische structuren. Hieronder vind je een aantal doelen. Er zitten een aantal doelen bij die passen bij een laag taalniveau. Deze kinderen hebben ook vaak een lager spelniveau. Ik heb een paar ideeën uitgewerkt.
Taaldenkvragen bij prentenboek De grote rode bus
DGM met oudere kinderen
Bij oudere kinderen werk ik graag met DGM omdat het veel mogelijkheden biedt om woordenschat, taalbegrip, zinsbouw en communicatie te integreren in je behandeling. Daarnaast ligt de focus vaak veel minder op het spreken maar op het handelen waardoor kinderen niet het gevoel te hebben aan het oefenen te zijn. Ik gebruik bij oudere kinderen vaak proefjes. Je zult zelf soms versteld staan van wat er gebeurt!
Een paar praktische tips voor taaldenkgesprekjes:
- Geef elk antwoord van een kind een kans. We hebben vaak de neiging om vast te houden aan het antwoord wat wij in ons hoofd hebben.
- Stel veel vragen als “Wat zal er gebeuren” en “Hoe komt dat denk je”. Stel je nieuwsgierig en onderzoekend op in plaats van beoordelend.
- Laat kinderen zelf veel doen. Dat lokt uit tot vertellen en vergroot de betrokkenheid
Let op: dit is moeilijker dan je denkt, ik stap zelf soms ook in die valkuil. - Laat het kind zelf aan de ouders het proefje voordoen en uitleggen.
Hiernaast zie je een stukje van een behandeling van mij waarin ik een proefje doe met een kind van 8 jaar oud.
Nog een link naar een ander proefje: speedboot https://www.proefjes.nl/proefje/056
Foto's voor een goed gesprek
In mijn blogs heb ik het al een aantal keren gehad over hoe ik gekke of bijzondere situaties in het dagelijkse leven altijd gelijk even vastleg om in mijn behandelingen over te praten met kinderen.
Bij elk nieuw thema zal ik een aantal van deze plaatjes of filmpjes delen. Hier krijg je ze geheid mee aan het denken én praten! Met het audiofragment boven de foto hoor je de vragen die ik erbij stel.
Dit kwam ik onderweg tegen...
Taaldenkgesprekjes voeren met behulp van platen uit het boek Nederland
Bij kinderen vanaf een jaar of 6/7 gebruik ik vaak het boek “Nederland” van Charlotte Demantons. Dit boek leent zich uitstekend voor mooie gesprekken. Ik bereid vaak een paar vragen voor maar houd daar ook niet heel strak aan vast. Soms benoemen kinderen iets wat ze op de plaat zien waar je ook weer over kunt doorpraten of filosoferen.
In verband met auteursrecht mogen we de platen uit het boek hier niet delen. Ik geef hieronder bij 3 platen uit het boek taaldenkvragen, voor de herkenning zet ik er een kleine foto bij. Ik wens je mooie gesprekken!
Tip: heb je het boek zelf (nog) niet? O.a. op Pinterest zijn de afzonderlijke afbeeldingen terug te vinden.
Taaldenkvragen bij stadsleven
- Wat voor gebouw zie je linksonder? Hoe zie je dat?
- Wat doet de meneer bij het zebrapad? Wat vind je daarvan? Wat zou er kunnen gebeuren?
- Waarom zijn de honden aangelijnd op straat?
+ Wat zou er kunnen gebeuren als ze niet aangelijnd zijn? - Wat gaat de helikopter doen denk je?
- Waar zou hij precies daar landen?
- Wat is de overeenkomst (het zelfde) bij de helikopter en de ambulance
- (wijs de blinde man aan) Wat is er met deze meneer aan de hand?
+ Waarom heeft hij een stok en een hond? - Hoe zou hij kunnen oversteken?
- Waarom is het zo druk op straat?
- Wat word er allemaal gedaan in het park?
- Waarvoor zijn er parken in een stad denk je?
Taaldenkvragen bij Mist(schipholtunnel)
- Wat zie je op de plaat?
- Wat voor weer is het?
- Hoe komen deze ongelukken?
- Waarom zou dit een kettingbotsing heten?
- Hoe zouden de mensen (bij de kettingbotsing) zich voelen?
- Wat moet er gebeuren voordat de mensen weer door kunnen rijden? (wegslepen, gewonden vervoeren etc.)
- Welke vervoermiddelen zie je allemaal op de plaat?
- Wat is er met deze auto aan de hand? (linksonder met anwb auto erbij)
- Wat is hetzelfde bij deze vrachtauto’s ( vervoeren allemaal etenswaren)
Taaldenkvragen bij de haven van Rotterdam
- Waarom staan er in een stad vaak meer flats?
+ Wat is een voordeel van een flat ( veel mensen wonen op een klein oppervlak) - Wat zijn nog meer plekken waar mensen kunnen wonen.
- Wat is het verschil tussen deze boten? (groter, sneller, vracht vervoeren etc.)
- Wat doen de mensen hier op de weg? ( op vakantie, op weg naar het werk)
- Wat is hier aan de hand? (wijs linker plaat aan) (optocht, feest)
- Welk seizoen is het denk je? Waar zie je dat aan? (bomen, vrouw in bikini op balkon)
- Als je naar de overkant wilt, hoe kun je daar dan komen?
- Wat zou jij kiezen?