door Anja Scheffer
Nederland oh Nederland
Mijn vakantie zit er bijna op. Ik heb thuis en op de camping heerlijk ontspannen en nieuwe energie opgedaan om aan het werk te gaan. Net als veel mensen ben ik dit jaar in eigen land op vakantie geweest. Toen ik in het mooie Zeeland was, kwam ik het prachtige boek “Nederland” van Charlotte Dematons tegen. De maxi editie van het boek is nu tijdelijk te koop voor slechts 17,50 euro!
Drie tips voor het werken met het boek “Nederland” in je behandelingen
Het platenboek Nederland van Charlotte Dematons vind ik nog steeds prachtig! En wat kun je er veel mee in je behandelingen. Omdat veel kinderen in eigen land op vakantie zijn geweest, is het leuk om aan de hand van dit boek met de kinderen te praten over waar ze geweest zijn en wat ze beleefd hebben deze vakantie.
- Taaldenkgesprekje aan de hand van de platen
Je kunt bij de platen op alle niveaus taaldenkvragen stellen. Ik bereid vaak wat vragen voor met daarbij ook vereenvoudigingsvragen. Maak een foto van de plaat voor thuis zodat ouder en kind ook nog samen verder kunnen praten. - Zinsproductie
Stel het kind een Waarom-vraag. Het kind maakt een zin die begint met ‘omdat’. Bij kinderen vanaf een jaar of 6 kun je heel goed bespreken dat het werkwoord achteraan komt. Voorbeeld van een Waarom-vraag bij de plaat van de stad Rotterdam (bij ziekenhuis): Waarom liggen de mensen in bed?. Het kind antwoordt: Omdat het een ziekenhuis is. Of: Omdat ze ziek zijn.
- Vertelvaardigheid
Om de beurt vertellen jullie bij een stukje van de plaat, de ander luistert en wijst aan waar het over gaat. Of je omschrijft om de beurt een dier of een voorwerp van de plaat, de ander moet raden.
Hier vind je Taaldenkvragen bij een aantal platen:
Taaldenkvragen bij de duinen:
- Welk seizoen is het op de plaat?
- Waar kun je dat aan zien?
- Wat hebben de mensen aan?
- Wat doen de mensen?
- Kijk eens naar de kleur van het gras en de bomen
- Als het hier winter zou zijn zou het er dan heel anders uitzien?
- Hoe zou het er uitzien?
- Zou het net zo druk zijn?
- Waarom zou het wel zo druk/niet zo druk zijn?
- Waarom is de paal met Nijntje zo hoog?
- Waar denk je date paal met Nijntje voor is?
- Waarom zijn her duinen?
- Wat ligt er achter de duinen en het strand?
- Wat zou er kunnen gebeuren als er geen duinen zouden zijn?
Woordenschat:
- De duinen
- Het seizoen (de seizoenen)
- De rotonde (verkeersplein)
Taaldenkvragen bij de waddeneilanden
- Waarom zie je niet zoveel auto’s op het eiland?
- Waarom is het hier in de zomer veel drukker dan in de winter?
- Wat komen de mensen hier doen?
- Welke sporten zie je allemaal hier? (kanoën, zeilen, paardrijden, parachutespringen, surfen)
Woordenschat:
- Het eiland
- De vuurtoren
- De parachute
Taaldenkvragen bij de haven van Rotterdam
- Wat is het verschil tussen deze plaat en de vorige plaat (Waddeneilanden)? (natuur, druk, meer verkeer)
- Waarom staan er in een stad vaak meer flats?
- Wat is een voordeel van een flat? ( veel mensen wonen op een klein oppervlak)
- Wat zijn nog meer plekken waar mensen kunnen wonen?
- Wat doen de mensen hier op de weg? ( op vakantie, op weg naar het werk)
Woordenschat
- De haven
- De file
- Vervoersmiddelen
Taaldenkvragen bij Amsterdam
- Hoe kun je zien dat dit een stad is?
- Zijn deze huizen oud of nieuw en hoe kun je dat zien?
- in wat voor huis woon jij zelf?
- ziet dat huis er heel anders uit dan deze huizen?
- Welke vervoermiddelen zie je hier allemaal?
- Waarom is het hier zo druk? (is een stad/hoofdstad, kermis etc)
woordenschat:
- De gracht
- De kermis
- Het concert
- Uitgaan
Taaldenkvragen bij stadsleven
- Wat voor gebouw zie je linksonder?
- Hoe zie je dat?
- Wat word er allemaal gedaan in het park?
- Waarvoor zijn er parken in een stad denk je?
Woordenschat
- De straat
- Het park
- Het gebouw
Heb jij ook leuke ideeën voor het werken met het boek Nederland? Laat het me weten. Het lijkt me leuk om veel verschillende tips te delen bij deze blog.
Ik wens je inspirerende behandelingen toe!
Geïnspireerd door deze tips?
Meld je aan en ontvang Anja’s inventieve behandelideeën voortaan per mail.